Doetie Trinks verkoopt geitenkaasjes met een bijzondere smaak, die ze via natuurlijke fermentatie produceert. Duurzaam werken en het verhaal hierover vertellen aan de consument zijn belangrijk in haar bedrijfsvoering.

Door Petra Frans

Een geitenhouderij beginnen was voor Doetie Trinks een uitdaging na een heel andere loopbaan. Ze groeide op in een boerengezin in Oudega (Fr.) en volgde een opleiding tot laborant. Jarenlang werkte ze voor instituten in Londen en Utrecht aan kankeronderzoek, tot ze zich tien jaar geleden realiseerde dat ze eigenlijk aan de andere kant wilde staan. “Terug naar de basis, een bijdrage leveren aan het welzijn van mensen, door me te richten op gezonde voeding.”

Als kind hield ze al geiten, en met een specifiek ras heeft ze een klik: de Toggenburger, volgens Trinks een vindingrijk dier met een eigen mening. “Dat maakt deze geit juist leuk”, legt ze uit. “Een Toggenburger is eigenwijs en onderzoekt bijvoorbeeld hoe ze uit een wei kan breken. Je moet leren hoe je met deze geiten omgaat. Het zijn lieve dieren, die passen in een duurzame houderij. Ik melk de geiten eenmaal per dag en ze krijgen weinig krachtvoer. De melk die ze geven, is genoeg voor de dagelijkse verwerking op mijn bedrijf.”

De geiten zijn allemaal persoonlijkheden die prachtige melk leveren voor kaasjes, stelt Trinks. “Ze beheren ze de weilanden waar ze het hele jaar rond toegang toe hebben, en uiteindelijk wordt ook hun vlees aan klanten verkocht.” Toen ze het avontuur aanging met zes jonge geiten, besloot ze zich te richten op kaasmaken zonder toevoegingen. Het begint bij de bodem, waarin micro-organismen de plant voeden, legt Trinks uit. De melk gaat direct in een houten vat, waarna natuurlijke fermentatie begint. De melk wordt dus niet verhit en behoudt zo alle voedingsstoffen. “De microflora die al in de melk zit, is identiek aan onze eigen darmflora en is dus een probiotica.”

Tegenwoordig wordt dit gezien als speciale manier van produceren, maar eigenlijk is het een traditionele productiewijze waarover we de kennis zijn kwijtgeraakt, zegt Trinks. Omdat deze wijze van kaasmaken in Nederland was verboden, schreef ze haar eigen hygiënecode. “De EU-regelgeving biedt daarvoor mogelijkheden. Het komt erop neer dat ik kan aantonen dat ik veilig werk. De melk blijft door verzuring van melkzuurbacteriën onder een PH-waarde van 4,5. Dit maakt het proces veilig.”

De vraag naar de kaasjes is groot. Ze levert vooral aan ‘affineurs’: kaasspecialisten die de producten van kleinschalige bedrijven afzetten aan toprestaurants en delicatessenwinkels. Ook verkoopt ze direct aan particulieren, via haar webshop en op markten. In de afzet van vlees is volgens Trinks nog een slag te maken. Veel mensen vinden kaas prima, maar hebben moeite met geitenvlees. In de visie van Trinks hoort vlees er óók bij om de kringloop rond te maken.

Kennis delen over haar werkwijze is iets dat ze graag doet, vooral op weekmarkten waar ze staat, zoals de Rotterdamse Oogstmarkt. Ze treft er veel kopers met interesse in gezonde voeding en in het verhaal over haar productiewijze. Daarover in gesprek gaan levert veel vaste klanten op.

Inmiddels telt het bedrijf 70 geiten. Uitbreiden ging niet zonder tegenslag. Na de uitbraak van Q-koorts legden provincies strengere regels op, waardoor ze noodgedwongen haar bedrijf ruim 40 kilometer moest verplaatsen naar Noord-Friesland. “ Een hele toestand, want ook mijn gezin moest mee. Gelukkig zitten we nu op een goede plek met veel ruimte.”

In de toekomst hoopt ze nog natuurlijker en dierwaardiger te boeren. “Minder brok en meer voeding van de bodem, plus bomen en struiken voor mineralen. Ook wil ik de geiten meer klimmaterialen geven.” Daarnaast wil ze haar bedrijf verder openstellen voor bezoekers. “Ik wil rondleidingen gaan organiseren om nog meer impact te maken.”

Bedrijfsgegevens
Doetie Trinks (51) heeft in Aldwâld (Fr.) Doetie’s Geiten, een bedrijf met 70 Toggenburger-geiten op een kleine 11 hectare. Trinks doet het werk voornamelijk alleen, soms springt een vrijwilliger bij. Ze verkoopt kaas die ze zelf maakt op basis van fermentatie en het vlees van de geiten.
Haar producten gaan naar speciaalzaken en toprestaurants, maar ook rechtstreeks naar consumenten, onder meer via weekmarkten.
Trinks geeft workshops over kaasmaken en communiceert veel via social media. Ze is ook betrokken bij onderzoek naar het verband van het microbioom van de bodem, de melk van de geiten en de kazen.